Waarom er steeds minder vlinders zijn

Vlinder

Een generatie geleden fladderden er in de zomer veel felgekleurde vlinders over bloemkleurige weiden, borders en veldborders. Ik herinner me nog goed de admiraal, zwaluwstaart, zeilvlinder, meivogel, pauwvlinder, C-vlinder en nog veel meer. Verleden. Verleden. Tegenwoordig – zo lijkt het – moet je op veel plaatsen blij zijn als je een citroenvlinder of een koolwitte vlinder ziet.

Waarom verdwijnen de vlinders?

Nieuwe studies tonen aan dat er vandaag twee derde minder vlinders zijn dan 30 jaar geleden. Niet alleen het aantal dieren neemt af, ook de soorten nemen af. De intensieve landbouw is hier debet aan. Overal waar veel wordt gespoten en veel bemest, zijn geen vlinders en veel andere insecten.

Minder bloemen, minder vlinders

Veel plantensoorten zijn inmiddels verdwenen. In de velden zijn geen wilde kruiden, de naden en de bloemkleurige borders. Ook de weilanden zijn veranderd: in mijn jeugd konden mijn moeder en ik bijna overal een felgekleurd boeket uitkiezen. Probeer dat vandaag nog! De weilanden zijn groen, ja. Maar als er iets bloeit, zijn het alleen de paardebloemen. Er wordt meer bemest en veel meer gesnoeid dan voorheen. Wat overblijft zijn de grassen. Dat is goed voor de opbrengst, maar slecht voor de biodiversiteit.

En erger nog: er wordt veel kunstmest in aangrenzende gebieden “geblazen”. Ook daar verdwijnen zeldzame soorten die afhankelijk zijn van voedselarme (“magere”, zoals de bioloog zegt) omstandigheden. Vaak zelfs in natuurgebieden die dichtbij intensief gebruikte velden liggen. Ook worden hier bestrijdingsmiddelen ingeblazen.

Gevoelige vlinders

Het verdwijnen van de vlinders is een indicator van hoe snel de omgeving verandert. Want vlinders zijn erg gevoelig en reageren gevoelig op veranderingen.

Veel soorten hebben twee leefgebieden nodig, afhankelijk van hun ontwikkelingsstadium. De meeste soorten leven slechts enkele weken als volwassen motten. Gedurende deze tijd proberen mannetjes en vrouwtjes te paren. De vrouwtjes moeten dan een plek vinden om hun eieren te leggen waar de rups zich later kan ontwikkelen. De specialisten onder de vlinders ontwikkelen zich vaak alleen op een enkele plantensoort. De rups moet zich eerst met deze plant voeden voordat hij kan verpoppen en uiteindelijk een volgroeide vlinder wordt.

Wat kunnen we doen zodat er weer meer vlinders zijn?

We kunnen iets doen voor vlinders in onze tuin of op het balkon; we kunnen “vlindervoedselplanten” kweken. Laat bijvoorbeeld een paar brandnetels of distels in een hoekje van de tuin staan. Ze leveren nectar voor vlinders en voedsel voor hun rupsen. Of keukenkruiden planten – dat kan ook op het balkon.

Wat eten vlinders?

Vlinders houden van verschillende muntplanten die later als kruiden kunnen worden geoogst: salie, munt, marjolein, oregano, tijm, maar ook clematis en viooltjes. Andere vlinderplanten zijn bijvoorbeeld buddleia, knoopkruid, adderkop en teunisbloem.

Wil je de leefomgeving en natuurlijk veel vlinders zien? Neem dan eens een bezoekje aan de vlindertuin Vlinderado. Ook met korting te bezoeken met de kortingskaart van nappas.

Waarom er steeds minder vlinders zijn
Schuiven naar boven